Q.1 We willen ergens bij horen

De eerst drijfveer is dat iedereen ergens bij wil horen. Het bestaat uit de behoefte aan het opbouwen van een positieve relatie met een andere persoon. Iedereen heeft de behoefte en verlangen om ergens bij te horen. Oftewel we zijn sociale wezens! Matthew Lieberman schrijft in zijn boek: Social: why are brains wired to connect, als volgt: in essentie zijn onze hersenen gebouwd om te denken over de sociale wereld, en onze plek in deze wereld.

Matthew Lieberman beschrijft in dit boek twee belangrijke netwerken in ons brein. We hebben een netwerk dat zich bezig houdt dagdromen, plannen en piekeren, het default netwerk. Dit netwerk houdt zich ook bezig met het nadenken over anderen. Als dit netwerk actief is, dan denk je aan het verleden en aan de toekomst. Je denkt aan al de mensen die je kent, inclusief jezelf. Dit netwerk is actief voor het grootste gedeelte van je dag. Het kost weinig moeite om dit netwerk aan te zetten. Het default netwerk noemen we het narratieve netwerk. Het narratieve netwerk houdt zich dus bezig met het bedachte zelf. Het is een abstractie (verhaal) van de ervaren werkelijkheid.
We hebben ook nog een ander netwerk: het netwerk voor de directe ervaring. Als dit netwerk actief is gaan ook andere onderdelen van je brein aan het werk. Als dit netwerk aan het werk is, ben je niet aan het denken over het verleden en de toekomst. Je ervaart de informatie in het nu. Dit netwerk zorgt ervoor dat het ‘zelf’ daadwerkelijk in het huidige moment aanwezig is en ervaring wordt. Het somatische lichamelijk voelen is daarbij de basis.
Deze twee netwerken blijken alternerend te werken. Dus als je te veel aan het piekeren bent, is de kans groter dat je je snijdt aan een gebroken glas. En het werkt ook andersom. Door goed diep adem te halen kan je het netwerk van de directe ervaring activeren, waardoor je minder gaat piekeren.
Het narratieve netwerk gaat aan als we – bijvoorbeeld – ons denknetwerk uitzetten. Als je stopt met geconcentreerd werken? Waar gaan je gedachten naar toe? Naar je vrienden, je ouders, je kinderen, je buren etc. Stel je zit in de kantine en je praat met je collega’s over het werk, waar heb je het dan over? Waarschijnlijk over andere mensen.

Er zijn diverse delen in ons brein die zich bezig houden met de behoefte om ergens bij te horen. Het narratieve netwerk is een sociaal breinnetwerk vergelijkbaar met het netwerk dat gaat over zien, ruiken etc. Dit sociale brein helpt je anderen te begrijpen en met hen te verbinden. Schade aan dit netwerk, maakt ons minder sociaal en minder empathisch! Aantasting van je sociale verbondenheid zorgt voor alarmfase in je brein! De wetenschapper, Eisenberg, vond dat als je sociaal worden uitgesloten hetzelfde pijnnetwerk wordt geactiveerd als het fysieke pijnnetwerk.

Scroll naar boven