“Liefde is als het geluk van de ander belangrijker is dan je eigen geluk.”
Jackson Brown
Bij veel mensen is hun persoonlijk belang de belangrijkste drijfveer. Individualisme en egoïsme staan dan op de loer. Leiders kunnen hier verandering in brengen. Ze hebben een enorme kans om hun medewerkers en collega’s te motiveren om vanuit liefde en compassie met elkaar samen te werken. Neuroleiderschap gaat ook over liefde en compassie. Compassie is, kort maar krachtig gezegd: onbaatzuchtig medeleven. Een uitgebreidere definitie van compassie komt van Thupten Jinpa. Een Tibetaanse Geshe (academische graad in het Tibetaanse boeddhisme) die ook een groot aantal boeken van de Dalai Lama heeft vertaald. Hij zegt: compassie is een mentale toestand gevuld met meeleven over het lijden van de ander en gevuld met de wens om het lijden van de ander te verminderen. Hij verdeelt vervolgens compassie onder in drie elementen:
Leiderschap en compassie zijn twee woorden die we niet vaak aan elkaar linken. Bij succesvolle leiders denk je eerder aan een persoon die hard, zakelijk, resultaatgericht, besluitvaardig en ambitieus is. Echter de waarheid is dat succesvolle leiders managers zijn die de moed hebben om ook! vanuit verbinding en compassie leiding te geven. Het is dus geen tegenstelling; het is veel meer een optimale combinatie. Het is optimale synergie van hart en hoofd. Een goede leider van deze tijd, leidt met compassie. Veel mensen denken dat leiderschap met compassie betekent dat je louter bezig bent met een zachte aanpak. Dat compassie betekent dat je medewerkers aan het knuffelen bent en alles door de vingers ziet. Het tegendeel is waar! Als je in staat bent om je compassie en een plek te geven in je leiderschapsstijl ben je zowel zakelijk als menselijk. Leiders met voldoende compassie ervaren tegenspoed in het bedrijf sneller. Hierdoor kunnen ze sneller reageren.
Er zijn verschillende aanwijzingen dat compassie en neuroleiderschap veel met elkaar te maken hebben. Zo heb je onder andere het hormoon oxytocine, wat ook wel knuffelhormoon of liefdeshormoon word genoemd. Het neemt toe bij fysiek contact zoals hand schudden, of een fysieke aanraking. Het komt ook al vrij door de ander echt aan te kijken. Maar ook een vraag aan je collega: ‘kan ik je ergens’ mee helpen kan al oxytocine verhogend werken.
Dit hormoon bevordert het gevoel van liefde en vertrouwen. Compassie zorgt ook voor meer vertrouwen. Meer vertrouwen is noodzakelijk om je beloningsnetwerk te activeren. Het beloningsnetwerk is belangrijk om gemotiveerd te zijn om zaken op een andere manier aan te pakken.
Bij hormonen is het als het kip of het ei. Door liefdevol bezig te zijn, komt er meer oxytocine vrij. En als er meer oxytocine vrij komt, dan voel je ook meer liefde en verbinding. De kip of ei cirkel is rond.
Een andere belangrijke aanwijzing dat compassie en neuroleiderschap veel relatie hebben, is gebaseerd op de werking van de spiegelneuronen. De spiegelneuronen weerspiegelen onze onbewuste verbondenheid met de intenties van een ander. Door het bieden van compassie zal je medewerker verbonden voelen met jou omdat hij voelt dat je meeleeft. Door de spiegelhormonen zullen je medewerkers dit meeleven ook onbewust ervaren. Het werkt ook anders, door je spiegelneuronen goed te gebruiken, ga je ook ervaren en voelen hoe het met de ander gaat.
Compassie bevordert de gevoeligheid van de hersenen voor emotionele informatie. Compassie is derhalve een gemoedstoestand die een leider wijzer maakt. Het adequaat gebruiken van emotionele informatie, naast feitelijke informatie zorgt voor betere besluitvorming.
Verbinding maken met mensen is het sleutelbegrip als je mensen compassie wilt bieden. De kwaliteit van je relatie met je medewerkers is dus belangrijk. Hoe beter deze verbinding is, des te makkelijker je de medewerkers in de juiste flow krijgt. De neuroleider zal daarom actief bezig zijn om deze relatie te optimaliseren. Je kunt aan de volgende aspecten denken als je met je medewerkers een betere verbinding wilt realiseren.
Begin met zelfcompassie
Compassie begint bij jezelf. Veel managers zijn erg kritisch op zichzelf. Een studie laat zien dat zelfkritiek zorgt voor remming van je beloningscentrum. Dit kan weer leiden in afname van prestaties en minder mogelijkheid voor je omgeving om een compassievolle verbinding met je aan te gaan. Zelfkritiek zorgt dat je in het pijnnetwerk zit. Dit kost je extra energie, dat je beter kunt gebruiken voor het oplossen van je dagelijkse problemen. Je kent (zelf)compassie ontwikkelen door aan compassiemeditatie te doen.
Geef om je mensen
Het is van groot belang dat je laat zien dat je om de medewerkers geeft. Dat kun je op veel verschillende manieren doen. Geef complimenten. Heb oprechte interesse in hun passies en beweegredenen. Groet ze. Vraag regelmatig hoe het met ze gaat. Heb ook interesse in hun hobby’s en familie. Je laat ook zien dat je om je mensen geeft door te spreken over je eigen privéleven, je hobby’s etc. Als je medewerkers ervaren dat je om ze geeft zal onder hun gevoel van eigen waarde stijgen, waardoor ze sneller in het beloningsnetwerk gaan zitten. Ook zal er makkelijker serotonine en oxytocine vrij kunnen komen. Deze hormonen zijn cruciaal om betrokken medewerkers te krijgen.
Heb respect voor de uniciteit van iedereen
Het brein oordeelt niet. Mensen maken een onderscheid tussen goed of kwaad. Door iedereen oordeelloos te bejegenen, met begrip voor ieder zijn eigenheid, gaan mensen ervaren dat zij er ook toe doen! Hierdoor zullen mensen veel gemakkelijker uit het pijnnetwerk stappen. Door jouw compassie mogen zij zijn zoals ze echt zijn. Ze hoeven zich niet anders voor te doen. Dit biedt enorme mogelijkheden voor persoonlijke groei. De activatie van amygdala neemt af, mensen kunnen groeien tot de persoon die ze daadwerkelijk zijn.
Maak verbinding met je eigen passie en waarden
Hoe authentieker je bent, des gemakkelijker het is om verbinding met anderen te maken. Authenticiteit betekent dat je je niet anders voordoet dat je bent. Daarom dien je je eigen waarden goed te kennen. Laat deze waarden vooral ook terug zien in je gedrag. Je omgeving ervaart je intenties onbewust door middel van de spiegelneuronen. Eerder hebben we het gehad over de WIFI verbinding tussen jou en je omgeving. Als je goed verbonden bent met je eigen waarden en je hart, zal je omgeving dat automatisch via de spiegelneuronen ervaren!
Wees bewust van je eigen negatieve emoties
Verbinding maken met mensen wordt verstoord door onze negatieve emoties. Neem boosheid als voorbeeld. Stel dat je je volledig door je boosheid laat leiden, dan zal de relatie met je medewerkers snel gebaseerd gaan zijn op angst. Je amygdala neemt het over. Je amygdala denkt: ‘gevaar’. Dat voorkomt een goede verbinding. Daarom is het van belang om bewust te zijn van je negatieve emoties. En deze te remmen vanuit je prefrontale cortex.
Ik zeg niet dat je niet boos kunt zijn. Natuurlijk kan je boos en teleurgesteld zijn. Maar deze emoties dienen het niet van je over te nemen. Door te zorgen voor een sterke interne leider die tijdig je negatieve emoties signaleert, kan jij de baas blijven over je negatieve emoties. Daarna kan je oprecht vanuit compassie je relatie vormgeven.
Ontwikkel je empathisch vermogen
Compassie en empathie hebben veel raakvlakken. De neuroleider is een empathisch leider. Empathie betekent dat men zich kan verplaatsen in een ander en zich de gevoelens van die ander kan voorstellen. De mate van empathie is in feite het best merkbaar wanneer het gaat om het bij een ander aanvoelen en invoelen van gevoelens die men zelf niet heeft.
Empathie kan je vrij goed verklaren vanuit de werking van de spiegelneuronen. De spiegelneuronen imiteren zowel je intentie, je emotie, als je daadwerkelijke actie. Je ervaart dus de intenties, emoties en acties van de ander automatisch, mits je deze niet remt! Elk brein doet dit, maar het is wel zo dat sommige mensen het beter kunnen dan anderen.
Het begint derhalve met het meevoelen van de ander. De volgende stap is om de ander te vragen: hoe je de ander kunt helpen.
Bied helpende hand
Regelmatig ga ik naar een retraite. In deze retraite is het gebruikelijk om de ander te vragen of hij hulp nodig heeft. Ik weet nog dat ik de eerste keer daar zo van op keek. Ik wist ook niet dat het zo krachtig was! Iemand de helpende hand bieden is een mooie manier om compassie te bieden. De belangrijkste relatie die deze handeling heeft met neuroleiderschap is de behoefte van ons brein om ergens bij te horen. Daarnaast geef je duidelijk signalen dat je ander waardeert. Waarom zou je het anders vragen? Zoals je inmiddels wel begrepen zal hebben, is waardering cruciaal voor een optimaal functionerend brein.